
Rechten | plichten | |
Eigenaar van het domein (abt of edele) | Deel van de opbrengst innenVroonland wordt bewerkt door de boeren | Bescherming biedenVoorzieningen als molen, smidse, bakkerij, weverij faciliteren |
Horige boer | BeschermingEen eigen stukje land om voor eigen gebruik te verbouwenEigen woning/hoeve | Onderhouden en bewerken van het vroonland (herendiensten)Afstaan van oogst als belasting |
Vrije boer | Eigen land en hoeve | Heer bijstaan tijdens militaire veldtochtenAfstaan van oogst als belasting |
Lijfeigenen | Kost en inwoning | Bewerken van het vroonlandWerken in dienst van de heer op het domein |
Een agrarisch-urbane samenleving is een samenleving met veel landbouw en weinig steden en handel. Het is zelfvoorzienend (autarkie). De meerderheid van de boerenbevolking leeft op de domeinen van kloosters of kastelen. Dit domein- of hofstelsel heeft een heldere hiërarchie van rechten en plichten.
Een landgoed/domein waren altijd in twee stukken opgedeeld:
- Vroonland: land van de edelman zelf. Het centrum werd gevormd door het vroonhof (woonhuis). Verder bestond het ook uit akkers, weiden en bos. Dit werd onderhouden door lijfeigenen.
- Hoevenland: land verdeeld in boerderijen wat vrijen en horigen konden pachten.
Een hofstelsel is een economisch systeem van een door vrijen en horigen bewerkt landgoed. Door het wegvallen van het Romeinse gezag, verdween de handel. Dit kwam weer op door Dorestad (havenstad). Dit werd een handelsstad op internationaal niveau. Om ervoor te zorgen dat het werk goed en op tijd gedaan werd, zorgden de heren voor kalenders die per maand uitbeeldden welk werk er in die maand op het land gedaan moest worden.
bron: geschiedeniswerkplaats