Harmen Schinckel, boekdrukker en martelaar.


‘Mijn uutvercooren huijsvrouwe, alderliefste en dierbaerste pandt, dit schrijve ick ue tot den laetsten adieu-brief, voor mijne verhuijsinge uijt deze werelt.’Met deze woorden begon Harmen Schinkel zijn afscheidsbrief aan zijn vrouw en kinderen, voordat hij op 32-jarige leeftijd werd onthoofd wegens het drukken en verhandelen van ketterse boeken. Wat bezielde deze voormalige schoolmeester uit Delft om zo’n risico te nemen tijdens de religieuze onrust van 1566-1568?
Cultuurhistorisch magazine Delf 1 (2019) 8-11.